Comfortabel worden met oncomfortabeler zijn (column Alex Corra)

Tegenwoordig wordt wendbaarheid, of in hippe termen geformuleerd “agile”, vaak als een belangrijke organisatiewaarde gezien. En kwesties als klimaatverandering, COVID-19, maar ook het huidige grillige geopolitieke klimaat maken dat wendbaarheid zeker nuttig kan zijn om te kunnen reageren op onvoorspelbaarheid of extremen die daar uit voortkomen. Die noodzaak voor wendbaarheid heeft ook een cognitieve dimensie. Wendbaarder durven en kunnen denken, terwijl dit niet betekent dat alles wat oud of gevestigd is meteen losgelaten moet worden.

Hierbij kan het streven naar comfortabeler worden met oncomfortabel zijn een nuttig hulpmiddel zijn. Concreet kan dit door bijvoorbeeld vaker het grijze gebied in te durven gaan, zodat we beter worden in het omgaan met situaties die minder makkelijk in een eenduidig hokje zijn te plaatsen en waar we ons vaak ook minder gemakkelijk mee voelen.

Doorgaans blijven we, zeker als het om juridisch getinte aangelegenheden gaat, bij kwesties waar mogelijk een grijs gebied speelt graag in de veilige uitersten van het spectrum aan mogelijkheden wanneer we een standpunt innemen. Het liefst zo ver weg mogelijk van het grijze gebied zelf. Want grijze gebieden creëren vaak een gevoel van ongemak. Iets zoals “als ik hier stappen in zet weet ik niet waar ik uit ga komen, misschien glijd ik wel af naar een plek waar ik niet uit wil komen?” Het lijkt dan beter om op het veilige bekende pad te blijven. Andersom komt trouwens ook voor, we vinden de nuances van het grijze gebied lastig te navigeren, dus we gaan helemaal los en laten alle matiging achter ons. Maar juist daar tussen in gaan zitten is de uitdaging.

Wat veel samengaat met grijze gebieden is dat er vaak nogal wat nuances bij spelen. Een passende oplossing bij een grijs gebied kwestie zal waarschijnlijk wel recht moeten doen aan deze nuances. Vaak vraagt dit dan ook weer maatwerk, maar juist dat biedt weer meer ruimte voor willekeur. Ook weer een grijs gebied. Daarnaast willen we graag ook in de tijd consistent zijn. Dus zijn we ook sterk geneigd om ons te committeren aan een standpunt dat al eerder is gekozen. Want vaker van positie wijzigen kan ook als toelaten van willekeur worden gezien. Kortom, genoeg redenen om ver weg te willen blijven van die vervelende grijze gebieden.

Een manier om te helpen om het grijze gebied toch meer in te durven trekken is aandacht hebben voor ethiek en ook filosofie naast het belang van het recht. Het grijze gebied als het ware vanuit meerdere invalshoeken in trekken om zo meer van de landskenmerken ervan bloot te legen.

Dit kan bijvoorbeeld door de vraag te stellen: is het een principieel vraagstuk waarbij de aanvaardbaarheid van de aard van de handeling (liegen als altijd slecht) aan de orde is of gaat het om een kwestie waarbij ‘het doel heiligt de middelen’ geldt? De eerste vraag is verwant aan deontologische ethiek en bij de laatste vraag is er een sterke verwantschap met de gevolgen ethiek. Waarbij niet de aard van de handeling, maar het gevolg centraal staat. Bijvoorbeeld zoals terugkomt in het idee van “No harm, no foul.” (vrij vertaald: Geen schade, geen probleem).

Vervolgens als je merkt dat het om een principekwestie gaat. Zou je de vraag kunnen stellen welke waarden er achter deze principekwestie liggen en waarom we daar waarde aan hechten ? (Waarom is liegen slecht?) En wat zou nu een uitkomst zijn waarbij het principieel vasthouden aan het eerbiedigen van het principe niet meer houdbaar is? (Een leugentje om bestwil van anderen, is dat wel aanvaardbaar?)

Omgekeerd kan de vraag gesteld worden welke “manieren” om het zo belangrijke doel of de gewenste uitkomst te realiseren principieel onaanvaardbaar zijn. Is het bijvoorbeeld wel eens geoorloofd om een probleem op te lossen door te discrimineren op basis van sekse of afkomst, als het daadwerkelijk effectief zou zijn?

Dit soort vragen helpen bij het helderder krijgen van waar de grenzen liggen van het grijze gebied. En zelfs het erkennen van het feit dat iets niet klip en klaar is, kan helpen om er met meer zelfbewustzijn mee om te gaan. Zonder dat dit hoeft te zorgen dat je er dan maar van weg moet blijven of er geen standpunt over hoeft in te nemen.

Het zou natuurlijk fijn en overzichtelijk zijn als we zouden kunnen zeggen dat principes altijd heilig zijn en er daarom niet van afgeweken mag worden. Of dat altijd alleen de uitkomst van handelen centraal zou moeten staan in onze oordelen over de aanvaardbaarheid daarvan. Maar zo makkelijk zit de realiteit natuurlijk niet in elkaar. Hoe lastig ook, er zijn altijd wel situaties waar een grijs gebied speelt. In plaats van doen alsof ze er niet zijn, moeten we ze meer omarmen. Het blijft eng en helemaal op je gemak zal je je er nooit bij voelen, maar dat is ook niet erg. Dat gevoel van oncomfortabel zijn in het grijze gebied hoort er bij, dat maakt dat we kritisch blijven op wat we doen. Het moet dus ook niet helemaal verdwijnen. Maar door er vaker in op pad te gaan verover je wel stukje bij beetje het zelfvertrouwen om het grijze gebied beter te betreden en te navigeren.

Zo worden we stukje bij beetje comfortabeler met het discomfort dat daarbij hoort, zodat we er uiteindelijk met meer behendigheid en wendbaarheid doorheen kunnen bewegen.

Ga daarom dus vaker op expeditie in het grijze gebied!

Alex Corra is Senior Beleidsadviseur Recht en Ethiek bij SVB Sociale Verzekeringsbank